Na het afstuderen aan d’Witte Leli is Cocky Pater verder gegaan met het draaien van serviesvormen. Haar inspiratiebronnen zijn dan Bauhaus (Gropius), Weimar keramiek, Nieuwe Zakelijkheid, Memphis vormgeving.
Een krachtige vorm en heldere, kleurige en speelse decoraties zijn belangrijk. Vanaf 1996 zijn vorm en functie losgekoppeld en gebruikt ze de vorm meer als bouwsteen.
“Stapelen, schakelen, wisselen en draaien zijn voor mij zowel spannende als speelse handelingen. Het ordenen en zoeken naar ritme door kleur en vorm blijven kenmerkend voor mijn werk.”